Geschiedenis van het Schipperke.

SCHIPPERKE

 



De kleine zwarte wervelwind uit België is waarschijnlijk ontstaan ​​in de 17e eeuw en gaat, net als de andere Belgische herdershonden, terug naar de Leuvenaar. Omdat het Schipperke klein en handig van formaat was en gemakkelijk en goedkoop te houden, was het tegen het einde van de 19e eeuw vooral populair bij het gewone volk. Moed, snelheid en uithoudingsvermogen maakten hem tot een populaire huis- en tuinhond. Hij werd gewaardeerd om zijn vaardigheden als ratten- en muizenvanger, en hij werd ook met succes meegenomen op konijnenjacht. In Engeland werd het ras iets kleiner gefokt, wat later in de rasstandaard zou worden vastgelegd. De zwarte kleur werd pas later gedefinieerd als het enige toegestane kenmerk in de rasstandaard.

Hoewel hij helaas nog maar zelden wordt aangetroffen, zelfs in zijn thuisland België, heeft hij tal van kwaliteiten die hem tot een uitstekende metgezel maken. Hij is een onvergankelijke waakhond die vreemden betrouwbaar meldt. Zijn alertheid en observatievermogen maken hem tot een uitstekende en zeer handige boerderijhond. Ondanks zijn kleine formaat heeft hij een consistente training nodig. Als hij eenmaal de geur heeft opgevangen, is het erg moeilijk om hem van het idee van jagen af ​​te brengen. Een getrainde Schipperke weet echter hoe hij zijn tweebenige vrienden om zijn vinger moet wikkelen en brengt veel vreugde met zijn opgewekte en brutale manier van doen. En dankzij zijn intelligentie is hij makkelijk op te voeden en te trainen, zodat hij ook als sportpartner een goed figuur slaat.

Het verzorgen van de Schipperkes is vrij eenvoudig dankzij hun korte vacht.

KENMERKEN

FCI Goedgekeurd: Ja, Standaard #83

Land van herkomst: België Gewicht: 3-9 kg

Vacht: Typisch voor het ras, iets langer haar op de nek en achterpoten (kraag en broek), verder dichte, harde, glanzende zwarte bovenvacht met een dichte ondervacht.